Terug naar Nieuws

Vakblad Grondig (deel 1): Veilig graven moet tussen de oren

16-04-2020 22:26
In de media

Op papier is het al geregeld: minder graafschades en minder risico’s voor de grondroerder. In de praktijk komt er echter nog maar bar weinig terecht van de in 2017 ingevoerde CROW 500-richtlijn. Binnen twee jaar wil de graafketen dat er volgens afspraak wordt gewerkt. Agentschap Telecom ziet daarop toe.


Graafschade voorkomen is beter dan genezen. Daarover waren alle partijen in de graafketen het volledig eens toen ze in 2017 afspraken maakten in de Richtlijn zorgvuldig grondroeren van initiatief- tot gebruiksfase (CROW 500). Ondanks dit gezamenlijke belang lukt het de partijen nog niet om de afspraken na te leven. Dat bleek afgelopen najaar tijdens een bijeenkomst van het Kabel- en Leidingenoverleg (KLO), waarin ook Cumela vertegenwoordigd is. De komende tijd willen de partijen dan ook extra aandacht besteden aan de richtlijn.


Graafrisico's in kaart brengen

In de CROW 500 is vastgelegd dat de opdrachtgever vooraf een inschatting maakt van de graafrisico’s en dat de kraanmachinist pas gaat graven als hij daarvoor een duidelijke werkinstructie heeft gehad van de uitvoerder. Dus niet alleen een Klic-melding laten zien op het moment dat de schep in de grond gaat, maar aan de voorkant van het proces een duik nemen in de ondergrond. Als de ontwerper weet waar kabels en leidingen liggen, kan hij daar direct rekening mee houden en kunnen de meest gevoelige plekken misschien simpelweg worden vermeden. Deels zal dat blijken uit de beschikbare informatie van de oriëntatiemelding, maar ook een proefsleuf graven kan in de ontwerpfase al nodig zijn om uit te vinden hoe de ondergrond er ter plekke uitziet. Daarna moet er een maatregelenplan worden opgesteld dat de risico’s op schade zo klein mogelijk maakt.

Wie met man en kraan op het werk komt, zou volgens deze werkwijze behalve de Klic-melding met een overzicht van kabels en leidingen ook een werkinstructie moeten ontvangen van de uitvoerder. Op die werkinstructie staan concrete en praktische aanwijzingen voor de machinist. “Is dat niet zo, dan zou je eigenlijk niet aan het werk moeten beginnen”, zegt beleidsmedewerker Nico Willemsen van Cumela. Ook hij weet echter dat de praktijk weerbarstig is, want zowel bij opdrachtgevers als in de aannemerij zit de nieuwe werkwijze nog niet tussen de oren.


Stok achter de deur

Dat moet anders, vindt de keten. Cumela heeft samen met de andere partijen in het KLO-overleg afgesproken dat per 1 januari 2022 alle schakels in de keten zich bewust moeten zijn van de nieuwe werkwijze. Agentschap Telecom gaat daar ook op toezien, te beginnen bij de grote opdrachtgevers, zoals water- netbeheerders, gasbedrijven en kabelaars. Robert Jan Looijmans, coördinerend inspecteur bij de toezichthouder: “Een goede opdrachtgever weet wat de risico’s zijn en kan dat ook inzichtelijk maken voor de grondroerder. Wij gaan via audits controleren of die kennis aanwezig is en kijken waar het aan schort. Weten, willen, kunnen, dat is de volgorde. En zo nodig volgt er als vierde stap een boete.”


Eigen verantwoordelijkheid

Ook de cumelasector zal echter op zijn verantwoordelijkheden worden gewezen. Een steekproef van Agentschap Telecom onder negentien graafploegen heeft niet alleen uitgewezen dat de CROW 500 in het veld nauwelijks bekend is, maar liet ook zien dat belangrijke basiskennis ontbreekt bij het lezen van de Klic-kaart. “Codes op de Klic-kaart werden niet herkend, zoals de ‘o’ die staat voor ‘oriëntatiemelding’. Alleen op basis van een ‘graafmelding’ mag je echter graven. Er zullen dus duidelijker instructies moeten komen”, aldus Looijmans.

Ook zullen cumelabedrijven volgens hem zelf de leiding moeten nemen bij aanvragen van kleinere op- drachtgevers. “Als een particulier of gemeente jou vraagt stobben te frezen, ga er dan niet gelijk op af, maar wijs dan eerst op de CROW 500 en neem samen contact op met de netbeheerder. Ik weet dat cumelaondernemers genetisch in de ‘doe-stand’ staan, maar zorg nu dat je de druk er even af haalt. Uiteindelijk wil niemand schade.”


Schade

Wat kan de cumelasector de komende twee jaar verwachten? Volgens Willemsen is een belangrijke eerste stap dat Agentschap Telecom de druk opvoert richting de meer dan duizend netbeheerders in Nederland. “Zelf zullen we er echter ook meer aandacht aan besteden. Elke schakel in de graafketen steekt de komende twee jaar extra energie in het informeren, stimuleren en controleren van de achterban en houdt de toolboxen nog eens goed tegen het licht.

De grondroerder, degene onder wiens eindverantwoordelijkheid het graafwerk plaatsvindt, is de hoofdaannemer. Die moet dus ook de juiste werkinstructie aan het graafteam verschaffen. Eigenlijk is de boodschap die een machinist van een onderaannemer of verhuurder richting die hoofdaannemer moet hebben heel simpel: ‘Kun jij mij laten zien waar ik moet graven en waar niet?’ Die vraag moet hij met ja kunnen beantwoorden. Dat geeft niet al- leen minder kans op schade en ongelukken, maar verbetert ook jouw positie als er onverhoopt toch schade ontstaat en de vraag er ligt wie de rekening moet betalen.”

De CROW 500 geeft overigens geen kant-en-klare handvatten voor het afwikkelen van schade. Dat is een gemiste kans, vindt Willemsen. “Aansprakelijkheid blijft lastig. Toch sta je wel degelijk sterker als je de juiste procedures hebt gevolgd. Je hebt er immers alles aan gedaan om schade te voorkomen. Als je bijvoorbeeld een kabel stukmaakt die niet op de Klic-tekening stond, moet je de aansprakelijkheid niet aanvaarden.”

Ook Looijmans benadrukt dat effect van de richtlijn. “Wat precies vermijdbaar is en wat niet, dat blijft soms een punt van discussie, maar je treft wel gemakkelijker een regeling met elkaar als je goede afspraken hebt gemaakt.”

        

Tekst: Vakblak Grondig, Cumela, Egbert Jonkheer


Download hieronder het vakblad: